‘Het verleden is een ander land waarvan de monumenten als schimmen tussen de ons bekende ruimtes staan. Ze zijn herkenbaar als ‘oud’ maar wat zich er precies heeft afgespeeld moet nader geduid worden. Dat geldt al helemaal voor homoseksualiteit, die immers steeds opnieuw in een historische context wordt vormgegeven’.
Judith Schuyf (Uit: Utrechtse Roze Routes)
Utrecht is door de jaren heen een centrum van spraakmakende vrouwen geweest die hun eigen weg kozen. Niet allen zijn lesbisch te noemen, maar zij zorgden er voor dat de emancipatie van de vrouw een stapje verder kwam. 20 vrouwen die een belangrijke rol hebben gespeeld in Utrecht. Om hun moed en eigenzinnigheid is onze keuze op hen gevallen (gerangschikt op geboortedatum).
- Suster Bertken (1514 -1601), Nederlandse kluizenares en dichteres
Berta Jacobsdochter, was geboren als de onwettige dochter van Jacob van Lichtenberg, proost van het kapittel van de Pieterskerk te Utrecht. Toen zij als non intrad in het Regulierenklooster noemde zij zich Suster Bertken. Bij het overlijden van haar vader ontving zij een lijfrente, waarmee zij een cel van 3,75 x 4 meter liet bouwen in de Utrechtse Buurkerk, met zicht op het hoofdaltaar. Ze liet zich insluiten als kluizenares (1457) en werd een luisterend oor voor velen. Ze overleed in 1601 op 87- jarige leeftijd en werd in haar cel begraven. - Trijn van de Leemput(1530-1607), verzetsheldin in de 80-jarige oorlog
In 1555 betrok Trijn van de Leemput samen met haar man, de woning Oudegracht 17 (met de gevelsteen ‘die vergulde craen’) tegenover kasteel Vredenburg. Vanaf nov. 1573 zat het Spaanse garnizoen in het kasteel, maar de 80-jarige oorlog liep af. Na vertrek van de soldaten eisten de burgers de sloop van het gehate gebouw, doch de Staten van Utrecht aarzelden. Op 2 mei 1577 besloten de vrouwen o.l.v. Trijn van Leemput, het kasteel zelf te slopen. En zo geschiede. Na haar dood in 1607 werd Trijn begraven in de Domkerk. - Anna Maria van Schurman(1607-1678), wetenschapper en kunstenares
In Utrecht werd Anna Maria van Schurman in 1636 als eerste vrouwelijke studente in Nederland (en waarschijnlijk Europa) aan de universiteit toegelaten, maar moest wel apart zitten van de mannelijke studenten, in een speciale nis, achter een gordijn. Een gevelsteen in het pand Achter de Dom 8 herinnert nog aan haar woonadres van destijds. De zeer begaafde en beroemde taalkundige kon niet alleen goed leren, maar blonk ook uit in kunst. Ze correspondeerde met alle belangrijke geleerden van die tijd. Ze overleed in 1678 in het Friese Wiewerd. - Maria Duyst van Voorhout (1662 – 1754), weldoenster
Maria geboren in een voornaam en rijk geslacht te Delft, werd op haar 12e jaar al wees. Haar echtgenoot Frederik Adriaan bezat veel onroerende goederen, waaronder de vrije heerlijkheid Renswoude, maar leidde een zwierig leven. Begin 1730 kwam Frederik Adriaan in moeilijkheden toen er een landelijk circuit van ‘sodomieten’ aan het licht kwam waar hij bij betrokken bleek. De gerechtelijke vervolgingen leidden tot zeer zware straffen en velen vluchtten. Ook Frederik Adriaan moest het land verlaten, maar omdat hij in Renswoude zelf de hoogste rechter was, kon hij na enige tijd naar zijn kasteel terugkeren. Het kapitaal dat Maria erfde (1,5 miljoen) liet zij na in een fonds, de Fundatie van Renswoude, met de uitdrukkelijke opdracht het geld voor (technische) onderwijs te gebruiken voor getalenteerde weesjongens. - Belle van Zuylen (1740-1805), schrijfster en feministe avant la lettre
Geboren als Isabella Agneta Elisabeth van Tuyll van Serooskerken opslot Zuylen aan de Ze was de oudste van zeven kinderen en kreeg onderwijs in het Frans aan huis. Het gezin woonde ’s winters op de Kromme Nieuwegracht 3-5 te Utrecht. Belle was zeer veelzijdig en schreef brieven, fabels, novellen, pamfletten, toneelstukken, opera’s, toneelstukken, liederen en klaviersonates. Op 22-jarige leeftijd publiceerde ze anoniem haar eerste novelle, Le Noble, in een Franstalig tijdschrift. De gecorrigeerde versie in boekvorm uit 1763 werd door haar ouders uit de handel genomen, omdat het een satire was op haar eigen milieu, de adel. Belle van Zuylen: Ik heb geen talent voor ondergeschiktheid. - Ina Boudier – Bakker (1875 – 1966), schrijfster
Ina Boudier – Bakker veroverde haar plaats tussen de grote Nederlandse auteurs met haar roman Armoede, die zij van 1907 tot 1909 in Utrecht schreef. Haar bekendste boek is De klop op de deur (1930), waarop een recensent schreef: niet open doen. Tijdens de Tweede wereldoorlog legde zij elke daad van terreur vast in verzen, die ze vlak na de oorlog heeft voorgedragen in de Pieterskerk te Utrecht. In sommige romans kwamen ook roze personages voor. Het COC heeft in de beginjaren vergaderd in de werfkamer onder haar huis op de Oudegracht. - Marie-Anne Tellegen (1893-1976), oorlogsheldin, wetenschapper, kabinetschef van Wilhelmina en Juliana
In 1920 promoveerde Tellegen in Utrecht op stellingen waarin zij blijk gaf van haar belangstelling voor het vrouwenvraagstuk. Ze was nauw bevriend met filosofe Carry van Bruggen. Ze werd in 1934 presidente van de Vereeniging voor Vrouwen met Academische Opleiding (VVAO). Toen in Utrecht in 1942 een NSB’er tot burgemeester werd benoemd, verloor Tellegen haar baan als ambtenaar. Vanaf dat moment raakte zij meer betrokken bij verzetsactiviteiten. Als Dr. Max trad ze toe tot de leiding van het Nationaal Comité van Verzet. Haar huis op de Maliebaan 72, pal naast het gebouw van de Sicherheitsdienst, werd een knooppunt van de illegaliteit. Uit haar biografie blijkt dat Marie-Anne biseksueel en mogelijk transgender was. - Catharina van Tussenbroek(1852 – 1925), arts en feministe
Van Tussenbroek was aanvankelijk onderwijzeres, maar begon in 1880 in Utrecht als eerste vrouwelijke volwaardige student alsnog aan een studie geneeskunde en promoveerde in 1887. Ze opende in Amsterdam een artsenpraktijk bestemd voor vrouwen en meisjes. In 1898 pleitte ze in een lezing voor een vakopleiding voor vrouwen. Dit leidde tot een jarenlang debat. Samen met Aletta Jacobs was ze een belangrijke wegbereider voor de emancipatie van vrouwen. - Ida Gerhardt (1905-1997), neerlandicus en dichteres
Studeerde aanvankelijk klassieke talen in Leiden, door problemen met haar familie moest zij haar studie in Utrecht voortzetten en studeert af in 1933. Met Marie van der Zeyde, die in Utrecht Nederlands studeert, raakt zij bevriend. In 1956 gaan zij samenwonen. In de jaren 1951-1963 heeft Gerhardt de leiding van de gymnasiumafdeling van De Werkplaats, het progressieve onderwijsinstituut in Bilthoven, opgericht door Kees Boeke. - Anna de Waal (1906 – 1981), wetenschapper en politicus
Was lerares aardrijkskunde en later wetenschappelijk medewerkster aan de universiteit van Utrecht (sociale geografie) In 1952 kwam zij als deskundige op onderwijsgebied in de KVP-fractie en werd staatssecretaris onder minister Cals als de eerste vrouw die een kabinetspost kreeg. Pas in 1956 was de vrouw handelingsbekwaam per wet. Anna was bestuurslid in diverse (R.K.) organisaties voor vrouwenbelangen te Utrecht. - Dirkje Kuik (1929 – 2008), schrijver en beeldend kunstenaar, transgender
Dirkje Kuik werd in Utrecht geboren alsWilliam Diederich Kuik. In 1977 ging hij de voornaam Dirkje bezigen. In 1979 liet hij zich in een ziekenhuis in Londen opereren en ging sindsdien geheel door het leven als vrouw. In Huishoudboekje met rozijnen beschrijft zij haar belevenissen als genderdiasporapatiënt. Zij kreeg de zilveren stadsmedaille van de stad Utrecht in 1999. In 2008 werd haar voormalig woonhuis aan de Oudekamp 1 te Utrecht als museum ingericht, doch dit museum moest in 2012 de deuren sluiten. Een virtuele museumtour blijft over. - Joke Smit (1933-1981), feministe
Groeide op inVianen, ging naar het Christelijk Gymnasium Utrecht, studeerde Franse taal- en letterkunde aan de Universiteit van Amsterda Smit sprak al in 1966 over het recht van de vrouw zelf te mogen beslissen over wel of geen abortus. In 1967 brak ze definitief door met het artikel Het onbehagen bij de vrouw in het literaire tijdschrift De Gids. Zij beschreef hierin de frustratie van getrouwde vrouwen die meer wilden dan een bestaan als moeder en huisvrouw. Het zou het begin zijn van de tweede feministische golf in Nederland.
Smit was actief in de organisatie Man-Vrouw-Maatschappij (MVM), die zij in 1968 samen met Hedy d’Ancona oprichtte en schreef veel over vrouwenzaken in de politiek, over vrouwenrechten, onderwijs voor meisjes en de emancipatie van de lesbische vrouw. Smit verwierf ook bekendheid met haar vooruitstrevende voorstellen voor een herverdeling van betaalde en onbetaalde arbeid in de maatschappij. In 1979 kreeg zij de Annie Romein-Verschoorprijs van het feministische tijdschrift Opzij. Na haar dood werd haar naam verbonden aan een tweejaarlijkse Joke Smit-prijs en werd in Utrecht een plein naar haar vernoemd. - Annie Brouwer-Korff (1946), burgemeester van Utrecht
Groningse juriste die een gewaardeerd bestuurder op lokaal niveau werd. Besloot nadat zij bij de Treinkaping bij de Punt (1977) was betrokken, politiek-bestuurlijk actief te worden, klom op tot burgemeester van Utrecht (van 1999-2008). Ze was wars van dikdoenerij en stond bekend om haar grote inzet en betrokkenheid bij ‘haar’ burgers. Was enige jaren secretaris van de PvdA en deed veel voor de homobeweging. De jaarlijkse roze emancipatieprijs in Utrecht is naar haar vernoemd. - Dorelies Kraakman (1946 – 2002), feminist, jurist en historicus
Haar strijdlust en humor vormde de basis van haar kleurrijke leven als lesbische vrouw. Ze was mede-oprichter van de Heksenkelder, de eerste vrouwenboekhandel annex-cafe in Nederland in 1975 (het jaar van de vrouw). De toenmalige boekhandel bestaat nog steeds onder de naam Savanna Bay. Zij speelde in de vrouwenband Vendetta en was een talentvolle cabaretière, die menig feest in lesbisch Nederland opluisterde met haar onvergetelijke acts. Ze was mede-auteur van Lesbisch Prachtboek (1979) en een van de oprichters van Mama Cash Cultuurfonds. - Penney de Jager (1948), danseres, choreograaf en zangeres
Geboren in Utrecht. Danste bij het Nationaal Ballet. Beroemd in heel Nederland werd zij vanwege haar dans enchoreografie voor AVRO’s Top Pop (1970-1985). Zij richtte het Penney de Jager Ballet op en runde een showdansschool (in De Kargadoor in Utrecht). In 2014 ontving ze de onderscheiding Ridder in de Orde van Oranje Nassau. - Judith Schuyf (1951), historicus, archeoloog en wetenschapper
Wetenschappelijk onderzoek naar de emancipatie van lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen eentransgenders (LHBT’s) Judith Schuyf is een van de initiatiefnemers voor de Interfacultaire Werkgroep Homostudies. Ze zette deze strijd in haar vrije tijd voort toen ze Hoofd Onderzoek bij de Stichting ICODO, nu COGIS het Informatie- en Coördinatieorgaan Dienstverlening Oorlogsgetroffenen was geworden. Zij werd Officier in de Orde van Oranje-Nassau in 2014, onder meer vanwege haar onderzoek naar de leefsituatie en acceptatie van LHBT’s en (LHBT) oorlogsgetroffenen. - Marianne Weber (1955), zangeres
Marianne geboren in Utrecht is een Nederlandse zangeres van het levenslied. Grote hit De regenboog in 1997 samen met zanger Frans Bauer. In 1998 maakte zij publiekelijk bekend dat zijbiseksueel is en samenwoonde met haar levenspartner Rita van ’t Hof op Curaçao. Rita overleed in 2014. - Manon Uphoff (1962), schrijfster
Manon Uphoff groeide op in een groot gezin in de Damstraat te Utrecht. Ze is vooral bekend vanwege haarkorte verhalen, die dikwijls wel in onderling verband staan. Zij debuteerde in 1995 met de verhalenbundel Begeerte die werd genomineerd voor de AKO Literatuurprijs. Haar eerste roman Gemis (1997) werd genomineerd voor de Libris literatuurprijs. - Claudia de Breij (1975), cabaretière
Nederlandscabaretière, presentatrice, zangere Werkzaam geweest bij de stadsomroep Utrecht. Ze is bekend geworden door het lied ‘Mag ik dan bij jou’ en diverse theaterprogramma’s. De Breij was getrouwd met Conny Kraaijeveld, presentatrice bij RTV Utrecht, met wie zij samen een zoon heeft. Zij woont nu samen met Jessica van Geel. In 2015 ontving zij de Louis Davidsring uit handen van de vorige drager Herman van Veen. - Dafne Schippers (1992), sportvrouw
Dafne Schippers is geboren in Utrecht op 15 juni 1992. Ze begon op negenjarige leeftijd bij het Utrechtse Hellas met atletiek en viel al gauw op door zowel haar fysieke aanleg als haar gedrevenheid. Ze is aan een unieke prestatiereeks bezig, zeker voor een Nederlandse atleet. Sinds 2013 heeft ze op elk titeltoernooi medailles veroverd: elf plakken in totaal. Ze werd in 2015 wereldkampioene op de 200 m en tweede op de 100 m. Een jaar later won ze op de Olympische Spelen zilver op de 200 m. In 2014 werd ze Europees kampioene op de 100 en 200 m. In 2016 prolongeerde zij haar Europese titel op de 100 m, gevolgd door prolongatie van haar wereldtitel op de 200 m in 2017 in Londen. Top vrouw voor heel Holland sport.